top of page

De Brabantse Wouden: elf redenen om te gaan gravelen

De nieuwste PlugPlug-gravelroute biedt 150 of 200 km grindpret aan tussen Halle en Leuven. Mochten de foto's niet genoeg overtuigingskracht hebben, dan pennen we hieronder graag nog elf goede redenen neer om het parcours in de Brabantse Wouden zo snel mogelijk te gaan verkennen. Je kan deze gravelroute rijden als ééndaagse ultrarit, of als een meerdaagse bikepacker.


De routes van 150 en 200 kilometer lanceren we weldra. Ontdek en download nu al gratis de Brabantse Wouden light, een proefroute van 55 kilometer.


Info over gratis gravelroute PlugPlug Brabantse Wouden Light:


Afstand: 55 kilometer

Hoogtemeters: 500

Offroad: 80%

Startplaats: Pastorieplein, Vossem

Aankomst: langs Café In Den Congo (pintjes aan 1 euro)


*Opgelet: we hechten veel belang aan onze PlugPlug-routes up-to-date te houden. Het is daarom belangrijk dat je deze route downloadt via je account. Zo krijg je in de toekomst steeds gratis updates en aanpassingen van deze route en heb je steeds de laatste versie in je bezit. Stuur de gpx dus niet zomaar rond. Zo gaan er geen verouderde versies circuleren.






Nog overtuiging nodig over de Brabantse Wouden? Dan sommen we hieronder 11 redenen op waarom je deze gravelroute niet mag missen. Weldra lanceren we de routes van 150 en 200 kilometer die je kan rijden als bikepacker of ultra gravelrit.


1) De wouden

De Brabantse Wouden! Dat zijn het Zoniënwoud bij Brussel, het Meerdaalwoud bij Leuven en het Hallerwoud, euh -bos, bij Halle. Drie prachtige bossen die samen het Nationaal Park Brabantse Wouden uitmaken. Drie beukenkathedralen waarvan stukjes als Unesco Werelderfoed zijn erkend. Daartussen fiets je ook nog eens door het Rodebos, het Heverleebos, het Kapucienenbos en het Margijsbos. Bos, bos en nog eens bos dus. Zoveel bomen dat je door de bomen het bos niet meer ziet!


 

2) Het grind

Wanneer buitenlanders ons vragen waar ze in België moeten gravelen, dan verwijzen we ze steevast door naar de Hoge Venen en de Brabantse Wouden. Nergens in Vlaanderen is de dichtheid aan grindwegen zo hoog als hier. Échte gravel? Ja, échte gravel! Om aan 70 procent onverhard te geraken, heb je hier geen wortelstroken, boerenwegels of tractorsporen nodig. De streek bulkt gewoon van het knisperend grind dat zich speciaal voor jou in duizend bochten wringt. Hier is de gravelbike voor uitgevonden!



3) De afstand

Met PlugPlug Zoniënwoud en PlugPlug Dijleland hebben we al twee prachtige PlugPlug-gravelroutes die stukken van de Brabantse Wouden aandoen. Dit nieuwe parcours rijgt het beste van die twee routes aan elkaar en knoopt er nog heel veel schoons tussendoor. Het resultaat is een uitdagend parcours van 150 of 200 kilometer dat het allerbeste van de streek samenbalt. Daag je jezelf uit om dat op één dag te doen? Of doe je er op je gemakje twee of zelfs drie dagen over? Allemaal goed!


4) Het WK-parcours

Na de zomer vindt tussen Halle en Leuven het WK gravel plaats. De coryfeeën van de gravelsport zullen dan aan veertig per uur door de bossen vlammen. Dat doen ze meestal op grote dreven die rechttoe rechtaan de kortste weg naar de uitgang van het bos nemen. Omdat jij er zonder peloton op uittrekt, kunnen we je ook de smallere grindpaadjes voorschotelen die heerlijk slingeren op een grandioze bossymfonie. Nóg plezanter dan op de grote plaat door het bos te knallen!



5) De overnachtingen

Als je het gravelplezier over meerdere dagen spreidt, zal je niet worstelen om een slaapplaats te vinden. Door te vertrekken vanuit Halle kun je ongeveer halfweg je tent opzetten op één van de twee bivakzones in het Meerdaalwoud. Mits reservatie kan je daar legaal kamperen op een prachtig stekje in het midden van het bos, met vuurplaats en al. Wie liever geen tent meesleurt, vindt in bijna elk dorp wel fietsvriendelijke logies die een veilige plek om je fiets te stallen hebben en ook reparatie- en poetsmateriaal aanbieden. De startgids vertelt je waar je moet zijn. Veel gemakkelijker wordt bikepacken niet!


 

6) De hoogtemeters

De Brabantse Wouden zijn niet alleen de allermooiste streek van Vlaanderen om te gravelen, maar ook één van de meest uitdagende. De Ijse, de Voer en de Lasne hebben zich diep in het Brabants Leemplateau ingesneden en door constant van het ene valleitje naar het andere te springen kom je op 200 kilometer aan 2300 hoogtemeters. Uiteraard zijn het de Alpen niet. Hier geen kliminspanningen van een uur of meer; wel korte pukkeltjes die de kuiten doen jeuken of golvende stukken waar het heerlijk meedeinen is.

 

7) De landschappen

Op de kaart liggen de Brabantse wouden geprangd tussen Leuven en Brussel, maar ook tussen de bossen krijg je fenomenale landschappen voor de wielen. Via holle wegen klim je naar eindeloze akkers en velden met spectaculaire vergezichten. Meteen daarna verdwijn je weer in de grandeur van de bossen. Door open en gesloten landschappen af te wisselen, blijft de landschapspracht verbazen. De rand van Brussel blijkt groen, groener, groenst. In de oksel van de hoofdstad is het okselfris!



8) De cultuurgeschiedenis

Op je gravelbike passeer je tal van plekjes die de rijke geschiedenis van België illustreren. Rond de Leeuw van Waterloo voel je de nederlaag van Napoleon pijnlijk dichtbij. Bij het Kasteel van Terhulpen adem je de grandeur van de Industriële Revolutie in. Het museum van Tervuren legt dan weer de schandvlek van de kolonisatie bloot. In de Brabantse Wouden fiets je dus niet enkel door de ruimte, maar ook door de tijd.



9) De toegankelijkheid

In het complexe web van toegankelijkheidsreglementen, wordt het steeds moeilijker om een route uit te tekenen waar fietsen overal toegelaten is. Bij elk paadje in de bossen blinkt er een serie bordjes die aangeven of je er welkom bent te voet, te paard, te koets of te fiets. Toch mag je er zeker van zijn: de volledige 200 kilometer bestaat uit paden waar je als fietser welkom bent. Moest de boswachter de bordjes toch nog verhangen, dan krijg je een update met een route die opnieuw 100 procent legaal is. Als dat geen service is!

 

10) De bevoorradingen

Terwijl je op de Hoge Venen of elders in de Ardennen al eens tientallen kilometers in de bossen kan verdwijnen, ben je hier nooit heel ver weg van de bewoonde wereld. Dat maakt dat je in elk dorpje een paar toffe café’s, bakkers en restaurants hebt. De startgids vertelt je waar je voor al die lekkernijen precies moet zijn. Je leest er bijvoorbeeld over een volkscafé waar de pintjes nog 1 euro kosten of een natuurlijke bron waar je je drinkbus gratis en voor niks kan vullen. Als dat geen overtuigend argument is!



11) De vier seizoenen

Wanneer kan ik dit parcours fietsen? In de winter bieden de grindpaden in de bossen fietspret zonder al te veel modder. In de lente staan de boshyacinten en de bosanemonen in bloei. Op warme zomerdagen geniet je dan weer van de schaduw van de kruinen. En wanneer de blaadjes in de herfst van kleur veranderen, krijg je een spektakel van rood, geel en bruin. Om maar te zeggen: elk seizoen is goed! Je moest al lang weg zijn!


De routes van 150 en 200 kilometer lanceren we weldra. Ontdek en download nu al gratis de Brabantse Wouden light, een proefroute van 55 kilometer.



De routes van 150 en 200 kilometer lanceren we weldra. Ontdek en download nu al gratis de Brabantse Wouden light, een proefroute van 55 kilometer.


Tekst: Nick Schuermans

Foto's: Charles Pacqué en Nick Schuermans

コメント


コメント機能がオフになっています。
bottom of page